Dhr. R. (Rob) van Putten heeft 25 mei de Zilveren Erepenning van de gemeente ontvangen uit handen van locoburgemeester Marcelle Hendrickx. Rob van Putten kreeg de onderscheiding vanwege zijn jarenlange bijzondere persoonlijke inzet voor de Stichting tot Behoud van Tilburgs Cultuurgoed.
Dhr. van Putten kreeg de Zilveren Erepenning bij zijn afscheid van de Stichting tot Behoud van Tilburgs Cultuurgoed. Hij was sinds 1980 bestuurslid en sinds 1982 voorzitter van de in 1975 opgerichte stichting. De stichting heeft als doel het in stand houden van het voor Tilburg kenmerkende cultuurgoed. De stichting is uitgever van: ‘Tilburg. Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur’ (heden ten dage: ‘Erfgoed Magazine Tilburg’), de ‘Tilburgse Historische Reeks’ en de ‘Tilburgse Bronnenreeks’. De heer Van Putten is medeoprichter en redacteur van ‘Tilburg. Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur’, later ‘Erfgoed Magazine Tilburg’. Hij publiceerde vele bijdragen in dit tijdschrift, met name over de brandweer, economische geschiedenis, archeologie, historische geografie, monumenten en stedenbouw. Hij heeft zich binnen de stichting bijzonder verdienstelijk gemaakt als voorzitter en aanjager van activiteiten, met name op het gebied van werving van auteurs en het uitgeven en financieren van tijdschrift- en boekuitgaven over de historie van Tilburg. Namens de stichting is hij ook de vertegenwoordiger in andere erfgoedorganisaties, zoals Erfgoed Tilburg, Werkgroep Open Monumentendag en Platform Ruimtelijk Erfgoed. Op 25 mei 2022 neemt hij na 40 jaar afscheid als voorzitter van de stichting, maar hij blijft nog bestuurslid en redacteur.
Daarnaast is de heer Van Putten sinds 1969 lid van de Heemkundekring Tilborch, waar hij in het verleden twee jaar lang bestuurslid was. Ook was hij korte tijd redacteur van het tijdschrift Actum Tilliburgis van deze Heemkundekring.
Historisch onderzoek
Sinds 2013 verricht de heer Van Putten bovendien als vrijwilliger bij het Regionaal Archief Tilburg zeer frequent historisch onderzoek en helpt hij bezoekers en medewerkers met het oplossen van onderzoeksvragen met als voornaamste interessegebieden stedenbouw, industriële archeologie en historische geografie.
Vanwege zijn activiteiten op cultuurhistorisch gebied werd hij in 2011 benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.